Populatie deel je op in delen, en uit die groepen haal je mensen
Elk nde element wordt geselecteerd
In groepen opdelen en vervolgens clusters selecteren waaruit alle of sommige elementen worden geselecteerd
Gestratificeerd, maar dan op basis van beschikbaarheid
Labelen antwoorden
Geen even grote stappen, maar wel een ordening in de scores
Even grote stappen, maar er is geen absoluut nulpunt
Even grote stappen, en een absoluut nulpunt
Zonder toevalsfouten
Zonder systematische fouten
Gebruik van een alternatieve meting bij dezelfde participanten
Hebben alle meetinstrumenten met elkaar te maken
Is het op het oog valide
Wordt het gehele domein gedekt
Logische samenhang met de meetinstrumenten die een vergelijkbaar of juist tegengesteld construct meten
samenhang met een bepaald gedragscriterium, in het heden of in de toekomst
alternatieve verklaringen uitgesloten
Is het resultaat van toepassing
Eenmalig, doorsnede van de populatie
Veranderingen bestuderen, steeds met dezelfde respondenten
Elk antwoord moet er tussen staan
Niet twee of meerdere antwoorden mogelijk (geen overlap)
Accuraat, beknopt, begrijpelijk
Je weet niet hoe veel mensen er ondervraagd zijn
aantal observaties in de voorgaande categorieën worden opgeteld bij het aantal van de huidige categorie, hoeveel dus lager is of gelijk aan een bepaalde waarde.
Alle proporties van de voorgaande categorieën worden opgeteld bij de proportie van de huidige categorie
Verschil tussen minimum en maximum
Verschil Q1 en Q3
Minimum, Q1, mediaan, Q3 en maximum
1. Symmetrisch en klokvormig
2. Bepaald door de parameters mu en sigma
3. Mu geeft de horizontale locatie
4. Is sigma groot -> breder en lager, en andersom
5. De oppervlakte onder de curve is 1
Middelste score
Meest voorkomende score
Hoeveel standaarddeviaties een score afwijkt van het gemiddelde
Mu wordt 0, sigma 1
Richting, sterkte en vorm
De punten volgen een rechte lijn
De punten volgen geen rechte lijn
De patronen vormen een geheel
De patronen vormen clusters
Maakt niet uit, de covariantie kent geen waarde
Zelfde correlatie, vier totaal verschillende patronen
Wanneer er een variabele is die geen verband aan geeft, maar alleen een groep (ja/nee) of (wonend in Leiden/ergens anders). Je kan dan niet spreken van een positief of een negatief verband
Afhankelijkheid verwijst naar de mate waarin twee of meer variabelen in een dataset met elkaar samenhangen of correleren. Met andere woorden, het geeft aan of er een relatie is tussen de variabelen. Afhankelijkheid kan positief zijn (als de variabelen samen omhoog of omlaag bewegen), negatief (als de variabelen in tegengestelde richtingen bewegen), of nul (als er geen duidelijke relatie is). Het meten van afhankelijkheid kan worden gedaan met behulp van statistische maatregelen zoals correlatiecoëfficiënten.
Causaliteit heeft betrekking op de oorzaak-gevolgrelatie tussen variabelen. Het suggereert dat een verandering in X daadwerkelijk de oorzaak is van een verandering in Y. Het vaststellen van causaliteit is complex en vereist vaak gecontroleerde experimenten of geavanceerde statistische methoden, zoals causale inferentie, om te bepalen of er een echte oorzaak-gevolgrelatie bestaat.
Regressie(voorspelling) en causaliteit
Voorspelling betreft het gebruik van een onafhankelijke variabele (X) om de waarde van een afhankelijke variabele (Y) te schatten via regressieanalyse, waarbij een wiskundige relatie wordt gemodelleerd.
Covariantie, directionality, interne validiteit
Verscholen variabelen, beinvloedt de interpretatie tussen twee variabelen
Dit soort modellen probeert de gemeenschappelijke factoren te identificeren die van invloed zijn op de antwoorden van mensen en kan helpen bij het begrijpen van menselijk gedrag en cognitie in verschillende situaties.
De onafhankelijke variabele
Omgevingsfactoren, instructies, invasieve factoren
Waarden van de onafhankelijke variabele
Pilot tests en manipulation checks
Het anker-effect, ook bekend als ankerheuristiek, is een cognitieve vooringenomenheid waarbij mensen de neiging hebben om sterk te worden beïnvloed door een bepaald stuk informatie (het "anker") wanneer ze beslissingen nemen of schattingen maken. Dit anker fungeert als referentiepunt en heeft de neiging om de beoordeling van andere informatie te sturen, zelfs als het anker zelf niet relevant is voor de beslissing.
Bij deze aanpak worden verschillende groepen deelnemers aan verschillende experimentele condities toegewezen.
Elke groep deelnemers ervaart slechts één specifieke conditie van de onafhankelijke variabele.
Het doel is om te vergelijken hoe de verschillende groepen deelnemers reageren op de verschillende condities van de onafhankelijke variabele.
Deze aanpak is handig als je wilt onderzoeken of er significante verschillen zijn tussen groepen onder verschillende omstandigheden. Het wordt vaak gebruikt als je niet wilt dat deelnemers dezelfde conditie meerdere keren ervaren.
Bij deze aanpak worden dezelfde deelnemers aan alle experimentele condities blootgesteld.
Elke deelnemer doorloopt dus alle condities van de onafhankelijke variabele.
Het doel is om te onderzoeken hoe elke deelnemer reageert op de verschillende condities en om individuele verschillen te minimaliseren.
Deze aanpak is handig als je geïnteresseerd bent in het vergelijken van de prestaties of reacties van dezelfde deelnemers onder verschillende omstandigheden. Het kan gevoeliger zijn voor het detecteren van subtiele verschillen en het verminderen van individuele variabiliteit
Simpele random toewijzing is een methode om deelnemers aan verschillende experimentele groepen willekeurig toe te wijzen, waarbij elke deelnemer een gelijke kans heeft om in elke groep terecht te komen. Dit minimaliseert vooringenomenheid en zorgt voor een eerlijke verdeling in klinische proeven en experimenten.
Deelnemers worden in blokken verdeeld en binnen elk blok willekeurig worden toegewezen aan verschillende behandelingsgroepen. Deze methode zorgt voor evenwichtige groepsgroottes en minimaliseert de kans op systematische ongelijkheid tussen de behandelingsgroepen, waardoor de interne validiteit van de studie wordt vergroot.
Bij "matched random toewijzing" verwijst "matched pairs" naar een specifieke vorm van toewijzingsmethode waarbij deelnemers worden gegroepeerd in paren op basis van bepaalde belangrijke kenmerken of variabelen, zoals leeftijd, geslacht of baseline scores. Elk paar bestaat uit twee deelnemers die vergelijkbaar zijn op deze kenmerken. Vervolgens worden deelnemers binnen elk paar willekeurig toegewezen aan verschillende behandelingsgroepen. Het doel is om ervoor te zorgen dat vergelijkbare deelnemers gelijkelijk verdeeld worden over de behandelingsgroepen
Leereffect, vermoeidheid, carry-over, hypothese wordt verraden
Counterbalancing is het verdelen van proefpersonen over de taken van een proefopstelling en wel zodanig dat oefenings- en/of vermoeidheidseffecten teniet worden gedaan. De wijze waarop je de gegevens verzamelt, kan van invloed zijn op het meetresultaat.
Tijd tussen een onderzoek in die er voor zorgt dat je geen last hebt van vermoeidheidseffecten etc.
Effect van voormeting op onafhankelijke variabele. Bijvoorbeeld, als de deelnemers meerdere keren worden gevraagd of ze hulp nodig hebben voordat ze daadwerkelijk worden geholpen, kunnen ze zich bewuster worden van hun behoefte aan hulp en dit kan hun antwoorden beïnvloeden.
Gebeurtenissen buiten de proefpersoon die van invloed kunnen zijn
Verandering binnen de proefpersonen. "Maturation" verwijst naar de natuurlijke veranderingen die optreden binnen de proefpersonen in een onderzoek gedurende de loop van de tijd. Dit kan bijvoorbeeld betrekking hebben op fysieke, cognitieve, emotionele of ontwikkelingsgerelateerde veranderingen die zich voordoen.
Problemen met de meetinstrumenten
Uitval van proefpersonen, ookwel attrition
Verandering die invloed heeft op een van de groepen, maar niet op de andere, waardoor het ongelijk wordt
Situatie waarin deelnemers in een onderzoek op een niet-willekeurige manier uitvallen, waarbij bepaalde groepen of condities meer deelnemers verliezen dan andere. Dit kan leiden tot vertekeningen in de resultaten en de interne validiteit van het onderzoek bedreigen, omdat deelnemers niet willekeurig uitvallen en dit verband houdt met de experimentele condities.
Voormeting beinvloedt treatment
Proefleiders gaan deelnemers obewust anders behandelen
Deelnemers hebben de onderzoekvraag door en gaan zich er naar gedragen
Het "Experimenter's dilemma" zoals beschreven door Jung (1971) betreft een uitdaging waarmee onderzoekers worden geconfronteerd bij het ontwerpen van experimenten. Het dilemma draait om de afweging tussen interne validiteit en externe validiteit.
een onafhankelijke variabele
twee of meerdere onafhankelijke variabelen
Alleen een nameting, na afloop van de manipulatie
Meting voor- en achteraf
De nadruk ligt op de hele groep, maar achter een gemiddelde kan heel wat schuil gaan
De nadruk ligt dan op individuen
Afwisselen baseline (A) en treatment (B)
Afwisselen met baseline: ABACA
Combinatie van treatments: A-B-BC-A-BC
Meerdere variabelen worden gemeten, naast de doelvariabele, hopelijk verandert de doelvariabele maar de anderen niet.
Je meet aan aantal keren hoe het gaat met de treatment, dan stop je een tijdje met de treatment en hou je dat ook bij, dit kan je ook meerdere keren doen, dan is het multiple replications
De kans is niet te bepalen, gebruik: gelegenheidssteekproef, quota steekproef of doelgerichte steekproef
Cherry Picking betekent dat je precies die datapunten uit de set haalt die jouw verhaal het beste ondersteunen en de rest weglaat wanneer je het aan anderen presenteert