geschiedenis begrippen
beurskrach
een grote plotselinge daling van de aandelenkoersen
communisme
een samenleving willen bereiken waarin iedereen gelijk is. dat houdt in; een samenleving waarin het volk de macht heeft en grond, grondstoffen, en bedrijven in het bezit zijn van de staat
consumptiemaatschappij
een samenleving waarin het kopen van producten erg belangrijk is
dolkstootlegende
een complottheorie die ervan uitging dat de eerste wereldoorlog verloren was, omdat linkse revolutionaire groepen de macht in duitsland in november 1918 hadden verzwakt
eerste wereldoorlog
een grote oorlog die tussen 1914 en 1918 vooral in europa werd uitgevochtend, maae waae ook soldaten uit de europese kolonies in azie en afrika meevochten, vanaf 1917 deden de verenigde staten ook mee
fascisme
een samenleving willen bereiken die geleid wordt door een sterke leider. fascisten zijn nationalistisch en verheerlijken het gebruik van geweld
inflatie
het stijgen van de prijzen van producten, waardoor het geld minder waard wordt.
loopgraven
uitgegraven geeooels waarin soldaten bescherming zoeken tegen de vijand
massaproductie
het maken van veel dezelfde producten in korte tijd met behulp van de lopende band
nationalisme
grote liefde voor eigen land, volk en cultuur
new deal
maatregelen van de amerikaanse president roosevelt om de economische crisis in de jaren 30 aan te pakken
ottomaanse rijk
turkse rijk dar bestond van 1300 tot 1923
propaganda
reclame maken voor ideeën voor een politicus via radio, kranten, toespraken, posters of andere middelen, met als coel zoveel mogelijk mensen overtuigen
republiek van weimar
duitsland in de periode tussen 1918 en 1933 waarin het land een democratie was
schlieffenplan
duits oorlogsplan uit 1905 om een tweefrontenoorlog te voorkomen, het duitse leger moest via belgie eerst frankrijk aanvallen en verslaan en daarna rusland aanvallen
totale oorlog
een oorlog waarbij niet alleen het leger, maar de hele samenleving betrokken is
triple alliantie
bondgenootschap uit 1882 tussen duitsland, oostenrijk-hongarije, duitsland en italie
triple entente
bindgenootschap uit 1907 tussen frankrijk, rusland en groot britannie
tweefrontenoorlog
een oorlog waarbij een land op twee plekken tegelijk moet vechten en het leger moet splitsen
verdrag van versailles
verdrag dat na de eerste wereldoorlog, op 28 juni 1919, geslogen werd tussen de geallieerden en duitsland. duitsland kreeg zware straffen opgelegd
volkenbond
een internationale organistatie die in 1919 was opgericht om problemen in de wereld op een vreedzame manier op te lossen
vrijemarkteconomie
een economie waaein vraag en aanbod bepalen wat fabrikanten produceren, wat consumenten kopen en wat de prijs van producten is
wapenwedloop
een race tussen landenom zoveel mogelijk en ze krachtig mogelijke wapens te produceren