Ovido
Language
  • English
  • Spanish
  • French
  • Portuguese
  • German
  • Italian
  • Dutch
  • Swedish
Text
  • Uppercase

User

  • Log in
  • Create account
  • Upgrade to Premium
Ovido
  • Home
  • Log in
  • Create account

50 vragen

Waar staat VUCA voor

Volatile (vluchtig)
uncertain (onzeker)

complex (ingewikkeld)

ambiguous (dubbelzinnig)

Waar staat ODS voor en wat maakt het mogelijk?

Organizational Design and Structure
- shared values

- shared interests

- shared structures

- shared strategy

- shared action

In a VUCA world kunnen organisaties system blindness voorkomen door:

- focus op het beinvloeden van de toekomst ipv het voorspellen
- kijk verder dan de norm (status quo)

- werk samen met partijen buiten je kring

- versimpel het werk en de omgeving

wat zijn de vier stappen van design thinking?

1. what is
2. what if

3. what wows

4. what works

wat zijn de 15 stappen van design thinking

1. identify an opportunity
2. scope your project

3. draft your design brief

4. make your plans

5. do your research

6. identify insights

7. establish design criteria

8. brainstorm ideas

9. develop concepts

10. create some napkin pitches

11. surface key assumptions

12. make prototypes

13. get feedback from stakeholders

14. run your learning launches

15. what's next

beschrijf de what is fase

Wat is het probleem en hoe/met wie gaan we dit oplossen?

beschrijf de what if fase

probeer meerdere mogelijkheden uit

beschrijf de what wows fase

the wow zone
- stakeholders zijn geinteresseerd

- realistisch (kan gemaakt worden)

- behaalt de doelstellingen van het bedrijf

step 1: identify an opportunity (leg uit)

stel jezelf deze vragen:
- is het voor de organisatie van belang om deze problemen op te lossen?

- is het een already geconstateerd probleem?

- heb je de middelen om dit probleem op te lossen?

- heb je toestemming van leadership?

welke vragen moet je jezelf stellen om te kijken of het project goed is voor design thinking?

- is the problem human-centered
- how clearly do you understand the problem or potential solution

- what's the level of uncertainty

- what's the degree of complexity

is dit design project goed voor jou (als bedrijf)?

- is het haalbaar zonder te veel stress
- kan je meerdere gebruikers interviewen

- geloof je erin dat je iets kan designen for your users needs

- ben je bereid om aan prototyping te doen?

wat doen je bij step 2: scope your project

begin de vraag met: hoe kunnen we... (how could we..)

wat is de rol van een design brief?

een design brief moet zoveel mogelijk duidelijkheid schetsen over het project

wat zijn de drie elementen binnen een plan?

activities, people, research

wanneer spreken we van een observatieonderzoek?

als de observatie doelbewust gepland is en een probleemstelling beantwoord

observaties in het veld

observaties in alledaagse situaties

gestructureerd observeren

lijst met gedragingen opgesteld die je gaat bekijken (van te voren gepland)

ongestructureerd observeren

waarnemen wat er zoal gebeurt (zitten en kijken zonder plan)

directe observatie

fysiek aanwezig bij de observatie

indirecte observatie

gebruik maken van bijv videomateriaal of spiegels (niet fysiek aanwezig)

verhulde/onverhulde observatie

bekend/onbekend dat je aan het observeren bent (undercover)

ethnografisch onderzoek

participeren aan de activiteiten van de mensen die je observeert (meedraaien)

event sampling

gedurende een bepaalde periode wordt geteld hoe vaak een bepaald gedrag voorkomt

time sampling

gedurende ene bepaalde periode wordt bij elk signaal het gedrag van dat moment genoteerd

intersubjectiviteit

er bestaat overeenstemming tussen de onderzoekers over de codering van begrippen en de interpretatie van het gedrag

wat is een panelenquete

groep personen die regelmatig wordt ondervraagd over uiteenlopende onderwerpen

wat is operationaliseren

operationaliseren is een manier om abstracte ideeën of concepten om te zetten in concrete stappen die je kunt meten of observeren

respons/non respons

het deel van een vragenlijst dat (niet) ingevuld terugkomt

item-non-respons

de respondent slaat een of meerdere vragen over

non-respons bias

vertekening van de resultaten omdat niet iedereen in de steekproef aan het onderzoek meedoet

systematische/toevallige steekproef fout

non-respons doordat respondenten er zelf voor kiezen om niet mee te doen, of door toevallige fouten

respondentenbederf

mensen die niet mee willen werken aan een onderzoek

wat is een variabeke

een kenmerk of eigenschao van een object (bv leeftijd van een persoon die meedoet aan je onderzoek)

wat is een onafhankelijke variabele

oorrzaakvariabelen (of predictoren) omdat ze een situatie manipuleren

wat is een afhankelijke variabelen

variabelen die vereanderen onder invloed van de onafhankelijke variabelen, andere benamingen hiervor zijn: effectvariabele en gevolgvariabele

wat is nominaal

discrete waarden, losse categorieën, kwalitatief

wat zijn discrete waarden

getallen waar niks tussen kan komen

wat is dichtotoom

variabele die bestaat uit twee gelijke categorieën, kenmerk met slechts twee antwoord mogelijkheden

wat is een dummyvariabelen

kan slechts twee variabelen aannemen, een 0 als de situatie niet van toepassing is een 1 als dit wel zo is.

wat is ordinaal

- enkele (discrete) waarden
- losse categorieen

- kwalitatief

- rangorde

interval

- afstand gelijk
- numeriek

- waarden continu

natuurlijk nulpunt

absoluut nulpunt

wat is een likertschaal

een manier om te meten hoeveel iemand van iets vindt (meetstokje)
heel erg lekker, best wel lekker, een beetje lekker etc

ratio

de verhouding tussen twee hoeveelheden, vaak om een vergelijking te maken tussen verschillende groepen of categorieën
- continy

- gelijke intervallen

- gelijke, betekenisvollen verhoudingen

- natuurlijk nulpunt

- kwanitatief

wat is een hypothese?

schatting aan de hand van analyses

wanneer heb je hypothesen nodig?

als je een uitspraak wil doen over een situatie of een eigenschap in je populatie en alleen beschikt over een steekproef

wanneer is zekerheid groot genoeg?

95% als grenswaarde

nullhypothese

H0, wordt gebruikt zoalng er onvoldoende bewijs is voor het alternatief. (dit medicijn maakt mensen niet beter)

alternatieve hypothese

H1, wordt gebruikt om te kijken of een idee klopt (dit medicijn maakt wel een verschil/heklpt wel)

wat is de criteria voor het maken van hypothesen?

- helder geformuleerd, geen vage begrippen
- kent twee delen: een nullhypothese en een alternatieve hypothese

- de twee hypothesen zijn complementair, ze sluiten elkaar uit (medicijn helpt niet, medicijn helpt wel)

- de hypothesen bevatten de verwachte oorzaak (onafhankelijk variabele) en het verwachte gevolg of de testvariabele (afhankelijke variabele)

- een hypothese moet toetsbaar zijn: de houdbaarheid moet kunnen worden vastgelegd met kwantitatieve analyse

- de hypothesen zijn eenzijdig of tweezijdig

waarom twee hypothesen?

je maakt altijd onderscheid tussen de bestaande situatie en de nieuwe of alternatieve situatie. Die wil je testen, maar je accepteert alleen het alternatief als je zeker weet dat dit klopt. Je test dit alternatief onder aanname van de waarheid van de basishypothese (nullhypothese)

wat zijn de stappen bij het uitvoeren van toetsen

- je beantwoordt een vraag over een uitkomst in een populatie --> je verwachting
- je formuleert hypothesen over deze verwachting

- die hypothese toets je (kwantitatief) aan de hand van je steekproef gegevens, met bhv geschikte toets

- je berekent de bijbehorende kans: deze kans dat de nullhypothese waar is loopt van 0-100%

- is de kans (op toeval) kleiner dan 5%, dan verwerp je de null-hypothese: de uitkomst is significant

wat zijn univariate beschrijvingen

beschrijvingen van één variabele tegelijk

wat is een bivariate beschrijvende analyse

is een manier om twee dingen tegelijk te bekijken en te begrijpen. het helpt om te zien hoe twee verschillende dingen samen hangen.

multivariate analyse

twee dingen met elkaar vergelijken om te zien hoe ze met elkaar verband houden

wat is het stappenplan voor een beschrijvende analyse

1. orientatie op de gegevens
2. beschrijving van de achtergrondkenmerken met behulp van: tabellen, grafieken, kengetallen

3. beschrijven van twee variabelen met behulp van: kruistabellen, grafieken van twee variabelen

4: vergelijken van twee variabelen op basis van kerngetallen

frequentietabel

tabel waarin wordt aangegeven hoe vaak scores voorbijkomen (in relatie tot het totaal)

absolute frequentie

het aantal waarnemingen per categorie

relatieve frequentie

het aantal waarnemingen ten opzichte van het totale aantal waarnemingen

percenteren

het uitdrukken van relatieve frequenties in percentages

valide percentage

geldig percentage, alleen van diegenen van wie de score genoteerd is

wat zijn infographics

afbeeldingen die helpen om informatie duidelijk te laten zien (plaatjes, grafieken en andere visuele elementen)

wat is een kengetal

een kengetal is een speciaal nummer dat helpt om iets belangrijks te meten. Bijv kijken naar de gezondheid van een stad, kijk dan naar het kengetal 'gemiddelde leeftijd'

wat is een modus

de modus is het nummer dat het meeste voorkomt in een groep getallen

wat is een bimodale verdeling

wanneer er twee keer een modus voorkomt

wat is een mediaan

de mediaan is het middelste getal in een lijst

wat is een gemiddelde

een gemiddelde is het getal dat je krijgt als je alle getallen in een groep bij elkaar optelt en dan de uitkomst door het aantal getallen deelt

wat is een gewogen gemiddelde

een gewogen gemiddelde is als je sommige dingen belangrijker vindt dan andere. (rode snoepjes lekkerder dan groen)

wat is een spreidingsmaat

spreidingsmaten vertellen ons hoe ver getallen uit elkaar liggen

wat is een variatiebreedte

variatiebreedte vertelt ons hoe groot het verschil is tussen het grootste en kleinste getal

wat is een variantie

variantie is een manier om te zeggen hoe de getallen in een groep uit elkaar liggen. Als iedereen dichtbij school woont is de variantie klein, maar als sommigen ver weg wonen en de anderen dichtbij dan is de variantie groot

wat is de formule voor de variantie

1. bereken het gemiddelde (deel/geheel x 100)
2. individueel getal - gemiddelde = afwijking (afwijking v/h gemiddelde)

3. afwijkingen kwadrateerd (vermenigvuldigd met elkaar. afwijking x afwijking)

4. tel alle gekwadrateerde afwijkingen bij elkaar op (afwijking + afwijking)

5. totaal aantal getallen / bij elkaar opgetelde afwijkingen

wat is een standaarddeviatie

de standaarddeviatie is een getal dat ons vertelt hoeveel de getallen in een groep uit elkaar liggen

wat is een kruistabel

frequentietabel van twee variabelen tegelijk

wat is een rijpercentage

percentage van het rijtotaal

wat is een kolompercentage

percentage van het kolomtotaal

wat is een celpercentage

percentage van het gehele totaal

wat is een analogy (analogies

bij analogy ga je kijken waar dezelfde problemen nog meer zijn voor gekomen

welke 4 methodes kan je gebruiken bij het brainstormen

blue cards en trigger questions
worst idea

contra logic

change perspectives

wat zijn de 5 b's in de supply chain map

bring
build

borrow

buy

block

wat is een populatie/domein

alle eenheden waarover je met je onderzoek uitspraken over doet

wat is een operationele populatie

afgebakend deel van de populatie met een bepaald kenmerk

wat is een steekproef

willekeurige selectie uit de populatie die de mogelijkheid krijgt deel te nemen aan je onderzoek

wat is statische generaliseerbaarheid

de mate waarin resultaten op een hele populatie toegepast kunnen worden

wat is inhoudelijke generaliseerbaarheid

wanneer de resultaten van een onderzoek bij een kleine groep personen in vergelijkbare situaties kan worden teogepast

wat zijn respondenten

personen die deelnemen aan een vragenlijstonderzoek

wat zijn proefpersonen

deelnemers van andere onderzoek typen, zoals een experiment

wat zijn de vuistregels voor het nemen van steekproeven bij kwantitatief onderzoek

1. nauwkeurigheid uitspraken: hoe groter de steekproef, hoe nauwkeuriger de uitspraken
2. verwachte respons

3. populatie omvang

4. praktische omstandigheden

wat is een steekproefkader

gegevensbestand waaruit je een aselecte steekproef kan trekken

wat is een random number generator

een instrument om willekeurig nummers uit een reeks (databestand) te selecteren

wat is een aselecte steekproef

een willekeurige steekproef waarbij iedere eenheid een berekenbare (gelijke) kans heeft om in de steekproef terecht te komen

wat is een enkelvoudige aselecte steekproef

een willekeurige steekproef uit een databestand van een gehele populatie

wat is een systematische steekproef met aselect begin

steekproefmethode waarbij systematisch uit de populatie elke keer de eenheid wordt getrokken, maar de eerste eenheid is willekeurig

wat is een clustersteekproef

een willekeurige steekproef waarbij uit bestaande populaties een aantal gehele groepen worden getrokken

wat is een gestratificeerde steekproef

een willekeurige steekproef uit een aantal strata (verdeelde populatie in lagen)

wat is een getrapte steekproef

verschillende steekproef methoden in lagen van de populatie

wat is een selecte steekproef

niet-willekeurige steekproef

wat is een quotasteekproef

steekproefmethode waarbij je een maximumaantal eenheden met een bepaald kenmerk selecteert

wat is zelfselectie

een steekproefmethode waarbij (proef)ersonen zichzelf aanmelden

wat is een doelgerichte (purposive) steekproef

steekproef op bepaalde kenmerken, zodat een deskundige meting ontstaat

Quiz
Real Estate Section5
Real Estate Section 4
Real Estate Section 3
Emma
test
Real Estate Section 2
Real Estate Section 1
constitution test part 1
beat 18
beat 16 + 17
beat 13
AP Biology Test - Organic Molecules (Chapter 5)
Bio
beat 12
beat 11
beat 9 + 10
test bio 2
beat 5
DNA
beat 4
Histoire de l'architecture
beat 3
beat 2
Psychologie exam semaine 8
spanish
Physical and Cultural Anthropology
elements of a story
Earth Phase Final
Elements of art revision
speech
Morse Code- Letters
level of organisation
Bio 111 Lecture 13
atoms
Romeo&Juliet - Themes of the play
Romeo&Juliet - Language devices
해리퍼터
Romeo&Juliet - setting
Romeo&Juliet - scene overviews of act 4
Romeo&Juliet - scene overviews of act 3
Romeo&Juliet - scene overviews of act 2
Romeo&Juliet - scene overviews of act 1
FREN 2F03 Quiz 1 Flashcards
Mid module 3
FREN 2F00 Questions
Sports
Imperialism
microbiology week 6
musculo
resistant materials y11 mocks