tegen water en zweet
sluiten de oogleden en verspreiden traanvocht, beschermt tegen stof/fel licht
beschermt tegen stofdeeltjes
zoutig vocht (aangemaakt door traanklier) beschermt tegen uitdrogen/infecties
liggen rond het oog, scheiden stoffen af die de huid rond het oog beschermt
uitholling in het schedel waar het oog gelegen is
omringt de oogbol, beschermt tegen schokken/stoten
beschermt buitenkant, produceert slijmerige vloeistof die oog vochtig houdt
helpen om het oog te bewegen en de oogleden te openen/sluiten
verbonden met oog zodat het alle kanten uit kan bewegen
vormt de buitenste, stevige begrenzing
dik en taai, extra stevig, beschermt goed
waterige vloeistof, levert voedingstoffen aan hoornvlies
speelt een rol in scherpstelling van het oog
reguleert de druk in de oogbal aodat het netvlies strak blijft
hier word het beeld gevormd
voorzien verschillende cellen van voedingstoffen
opgemerkte signalen naar hersenen vervoeren
opening waar langs het licht in het oog binnendringt
zorgt voor de vorming van een scherp beeld
zorgt vooe beeldvorming