ook, verder, bovendien, nog, daarnaast, niet alleen ... maar ook, ten eerste, ten tweede, en
maar, daarentegen, echter, integendeel, enerzijds ... anderzijds, daar staat tegenover
bijvoorbeeld, als voorbeeld, zoals, zo
waarmee, daarmee, met dat doel, het doel is, door middel van, om te ...
daardoor, hierdoor, doordat, zodat, waardoor,
zoals, hetzelfde, dezelfde, in verglijking met
daarom, want, omdat, namelijk
dus, concluderend, hieruit volgt
kortom, samenvattend, al met al, met andere woorden
mits, als, indien, tenzij, op voorwaarde dat