Ovido
Lingua
  • Inglese
  • Spagnolo
  • Francese
  • Portoghese
  • Tedesco
  • Italiano
  • Olandese
  • Svedese
Testo
  • Maiuscole

Utente

  • Accedi
  • Crea account
  • Passa a Premium
Ovido
  • Home
  • Accedi
  • Crea account

Spaanse werkwoorden

abrir

openen

aprender

leren

ayudar

helpen

beber

drinken

comer

eten

conocer

kennen

continuar

doorgaan

dar

geven

deber

moeten

decir (i)

zeggen

dormir (ue)

slapen

empezar (ie)

beginnen

encontrar (ue)

vinden

entender (ue)

begrijpen

entrar

naar binnen gaan

enviar

sturen

escuchar

luisteren

escribir

schrijven

esperar

wachten, hopen

estar

zijn, zich bevinden

hablar

spreken, praten

hacer

doen, maken

ir

gaan

llamar

roepen, bellen

llamarse

heten, zich noemen

llegar

aankomen

llevar

brengen, dragen

mirar

kijken

morir

doodgaan

oír

horen

pasar

gebeuren

pedir

vragen, bestellen

pensar (ie)

denken

poder (ue)

kunnen

poner

leggen, zetten

querer (ie)

willen

recordar (ue)

zich herinneren

saber

weten, kunnen, proeven

salir

uitgaan, vertrekken

sentir(se)

(zich) voelen

ser

zijn

tener

hebben

terminar

eindigen, stoppen

venir

komen

ver

zien

vivir

leven

volver

teruggaan, terugkomen

acabar de

zojuist iets gedaan hebben

acostumbrarse a

wennen aan

aprovecharse de

misbruik/gebruik maken van

atreverse a

durven

caer bien/mal

goed/slecht bevallen (iemand aardig/niet aardig vinden)

contar con

rekenen op

dar la culpa (a)

de schuld geven (aan)

dar la vuelta

omdraaien

dar una vuelta

een ommetje maken

darse cuenta de

zich realiseren/beseffen

dejar de

stoppen met

echar de menos

missen

empezar a

beginnen met

estar a punto de

op het punt staan om

estar de acuerdo (con)

het eens zijn (met)

hacer caso

aandacht schenken aan/gehoorzamen

hacer daño

schade toebrengen aan

ir de compras

winkelen

llevar a cabo

uitvoeren

pasar tiempo

tijd doorbrengen

ponerse a

beginnen met

ponerse de acuerdo

tot een akkoord komen

quedar en

afspreken om

quedarse en

blijven in

tardar en

lang doen over

tener en cuenta

rekening houden met

tener éxito

succes hebben

tener ganas de

zin hebben in

tener la culpa (de)

schuld hebben aan

tratar de

proberen te

volver a

weer (iets) doen

Quiz
Topic 9
Bio chem
math 20 dec exam
Clothes and adjetives
work
Skyddsvakt
Psychology Exam 2
filosofia, logica
Geografia e Historia |Tema 2
HL BIO - gene and division quiz
vocabulario básico
socialpolitik
GAS 3
biologia geral
GAS 2
spanish (type of houses and where you live )
spanish expressions
spanish(general)
spanish (places eg.shops)
spanish (chores)
ENGELS
spanish (house rooms)
GAS 1
Constru
medicine
droits de la famille
vocabulaire anglais
Physics
energiteknik
El proceso patológico
contrarios
Afrikaans
vetenskapsteori och metoder
Kupu
Química
physics
Vértigo
1.2: Nationaliteit, taal, land
1.1: Personalia
7.6: Bezit en toebehoren
Lo2
Lo1
SCIN 2546 - Examen mi-session
election
was o were
7.5: Sociale verhoudingen
rose
Rose
Fonctions grammaticales
verbes irréguliers