15.5 Geld en bankwezen
het geld
el dinero
het bankbiljet
el billete
de munt, het kleingeld
la moneda
uitgeven
gastar
de hoeveelheid
la cantidad
de bank
el banco
de spaarbank
la caja de ahorros
spaarzaam
ahorrador
ahorradora
de spaarder
el ahorrador
la ahorrador
wisselen, veranderen
cambiar
de winst
el beneficio
sparen
ahorrar
de rekening
la cuenta
de rekening-courant, de lopende rekening
la cuenta corriente
het rekeningafschrift
el extracto de cuenta
de houder, de gerechtigde
el titular
de houdster, de gerechtigde
la titular
annuleren, opheffen, betalen van schuld
cancelar
het spaarboekje
la libreta de ahorro
de kluis
la caja fuerte
de kosten, de uitgave
el gasto
bijschrijven, betalen, voldoen
abonar
storten
ingresar
de inkomsten, het inkomen, de baten
los ingresos
het bedrag
el importe
opnemen (geld)
retirar
de cheque
el cheque
el talón
de reischeque
el cheque de viaje
de inning, het incasso
el cobro
het chequeboekje
el talonario de cheques
innen, incasseren
cobrar
de overschrijving
la transferencia
de wissel
la letra
de kassier
el cajero
de caissière
la cajera
de geldautomaat
el cajero automático
de creditcard
la tarjeta de crédito
contant, in contanten
en efectivo
effectief, doeltreffend
efectivo
efectiva
in termijnen
a plazos
het kleingeld, het wisselgeld, de wisselkoers
el cambio
los
suelto
suelta
de rest, het restant
el resto
het reçu, de kwitantie, de ontvangst
el recibo
de schuld
la dueda
de debiteur, de schuldenaar
el deudor
de debiteur, de schuldenares
la deudora
uitlenen
prestar
de lening
el préstamo
het krediet, de lening, de vordering
el crédito
de termijn
el plazo
de rente
el interés
uitrekenen, begroten
calcular
de som, het bedrag
la suma
kosten, waard zijn
valer
voor, tegen
por
de korting
el descuento
de uitverkoop, de opruiming, de korting
la rebaja
de beurs
la bolsa
de aandeelhouder
el accionista
de aandeelhoudster
la accionista
het aandeel
al acción
de waarde, het waardepapier
el valor
investeren
invertir
de investeerder, de belegger
el inversor
la inversora
de algemene vergadering
la asamblea general
de investering, de belegging
la inversión
het fonds, de kas, de middelen
el fondo
het inkomen, de huuropbrengst, de rente (van kapitaal)
la renta
de belastingadviseur
el asesor fiscal
de belastingadviseuse
la asesora fiscal
de schatkist, de staatskas
el tesoro público
Financiën
Tesoro
de deviezen
las divisas
de euro
el euro
de peso (Argentinië, Bolivia, Colombia, Cuba, Chili, de Dominicaanse Republiek, Mexico, Uruguay)
el peso
de quetzal (Guatemala)
el quetzal
de colon (El Salvador, Costa Rica)
el colón
de cordoba (Nicaragua)
de córdoba
de lempira (Honduras)
el lempira
de bolivar (Venezuela)
el bolívar
de sucre (Ecuador)
el sucre
de nieuwe sol (Peru)
el nuevo sol
de guarani (Paraguay)
el guaraní
de balboa (Panama)
el balboa
de dollar
el dólar
de frank
el franco
de Duitse mark
el marco alemán
de Britse pond
la libra esterlina
de Deense kroon
la corona danesa