Ovido
Lingua
  • Inglese
  • Spagnolo
  • Francese
  • Portoghese
  • Tedesco
  • Italiano
  • Olandese
  • Svedese
Testo
  • Maiuscole

Utente

  • Accedi
  • Crea account
  • Passa a Premium
Ovido
  • Home
  • Accedi
  • Crea account

Eco katern 1 scharrste en ruil

Schaarste

De behoeften die we hebben zijn oneindig, maar de middelen om deze behoeften te
bevredigen zijn beperkt. Daarom moeten we keuzes maken en moeten we als we iets willen

hebben iets anders opofferen.

Alternatief aanwendbaar?

De middelen die we hebben om onze behoeften te bevredigen kunnen we op verschillende
manieren aanwenden. Grond kan bijvoorbeeld gebruikt worden om een huis op te zetten of

om er een mooi park van te maken. Als je er een huis op zet kun je er geen park meer van

maken. Je moet dus een park opofferen als je een huis wil bouwen.

Opofferingskosten?

Dat wat je moet opofferen als je iets wilt hebben. In het geval van het huis dat we gaan
bouwen is dat behalve de kosten voor het bouwen van het huis ook de kosten van het niet

hebben van een park (om deze kosten te berekenen moet je kijken wat we ervoor zouden

willen betalen om een park te krijgen).

Budget?

De bestedingsruimte die je hebt in een periode.

Budgetlijn?

Alle combinaties van twee goederen die gekocht kunnen worden voor een bepaald budget.
We nemen hier twee goederen omdat er op een blaadje maar twee dimensies zijn en je dus

nier meer kunt laten zien. We doen dus alsof je maar uit twee goederen kunt kiezen.

Indexcijfer?

Een verhoudingsgetal dat aangeeft hoeveel een bepaalde grootheid is veranderd ten opzichte
van het basisjaar. Een bekend indexcijfer is het cpi (consumentenprijsindexcijfer). Met dit

cijfer kun je zien hoe de kosten van levensonderhoud in de loop van de tijd zijn veranderd.

Het cpi is een samengesteld gewogen prijsindexcijfer. Met samengesteld bedoelen we dat het

cpi bestaat uit een gemiddelde van verschillende prijsindexcijfers. Zo wordt er bijvoorbeeld

gekeken naar de prijzen van voeding, kleding, huisvesting, recreatie etc. Met gewogen wordt

bedoeld dat niet alle prijsindexcijfers even zwaar meetellen. Huisvesting weegt bijvoorbeeld

zwaarder dan voeding. Hoe zwaar een prijsindexcijfer meetelt in het cpi wordt bepaald door

het percentage van het inkomen dat men gemiddeld uitgeeft aan de betreffende categorie.

Koopkracht?

De hoeveelheid goederen en diensten die je kunt kopen van je inkomen. Het betreft hier dus je
reële inkomen. Dit is je nominale inkomen gecorrigeerd voor prijsstijgingen. De stijging van

je reële inkomen kun je berekenen met de formule:

RIC = 𝑁IC/PIC × 100

Stel dat je nominale inkomen met 10% is gestegen en de prijzen zijn met 6% gestegen. De

stijging van je reële inkomen wordt dan als volgt berekend:

RIC = 110 / 106 × 100 = 103,8

Dit betekent dat je reële inkomen (je koopkracht) is gestegen met 3,8%.

Inflatie?

Het stijgen van de prijzen van goederen en diensten. Dit wordt gemeten met behulp van het
cpi. Stel dat in 2020 het cpi gelijk is aan 150 en in 2021 is het cpi gelijk aan 156, dan is de

inflatie: 156−150 / 150 × 100% = 4% (nieuw - oud / oud x 100%)

Deflatie?

Het dalen van de prijzen van goederen en diensten. Wordt ook gemeten met het cpi.

Nominaal inkomen?

Het inkomen uitgedrukt in euro’s. Als je weet met hoeveel procent je reële inkomen is gestegen en je weet ook met hoeveel de prijzen zijn gestegen, kun je de stijging van je
nominale inkomen berekenen. Je doet dat met de formule:

RIC = 𝑁IC / PIC × 100

Stel dat je reële inkomen is gestegen met 5% en de prijzen zijn gestegen met 6%. Invullen geeft:

105 =𝑁IC / 106 × 100

105 x 106 = NIC x 100

11025 = NIC x 100

NIC = 110,25

Productiefactoren?

De middelen die worden ingezet bij de productie. Het gaat om:
Natuur, Arbeid, Kapitaal en Ondernemerschap.

Investeren?

Het kopen van kapitaalgoederen. Wordt gedaan door producenten. Meer kapitaalgoederen
betekent vaak een hogere arbeidsproductiviteit. (de aanschaf van kapitaalgoederen met het doel hier geld mee te verdienen)

Arbeidsproductiviteit?

De Productie per arbeider per tijdseenheid in stuks of euro's.
Henry Ford was de eerste die gebruik maakte van de

lopende band in de auto-industrie. Hierdoor verhoogde hij de arbeidsproductiviteit enorm.

Arbeiders konden plotseling tientallen auto’s per dag produceren. De bekendste auto in die

tijd (rond 1930) was de T-Ford. Henry Ford kon zijn arbeiders vanwege de hogere arbeidsproductiviteit een twee keer zo hoog loon betalen. Doordat Henry Ford investeerde

(lopende band aanschafte) gingen zijn arbeiders meer verdienen en gingen ze ook meer auto’s

kopen.

Beleggen?

Dit is het sparen van geld. Je kunt bijvoorbeeld je spaargeld gebruiken om staatsobligaties te kopen. Maar je kunt het ook gebruiken om aandelen te kopen van een bedrijf. Dat bedrijf gaat dat geld dan gebruiken om te investeren. Beleggen en investeren horen dus bij elkaar, maar
het is niet hetzelfde. Beleggingen worden gebruikt om te investeren.

Kapitaalintensieve productie?

Productie waarbij in verhouding tot arbeid veel kapitaal wordt gebruikt. Denk aan Tata-Steel in IJmuiden (die foto van industie in de les)

Arbeidsintensieve productie?

Productie waarbij in verhouding tot kapitaal veel arbeid wordt gebruikt. Denk aan bijvoorbeeld de zorg en het onderwijs.

Arbeidsproductiviteit?

Productie per arbeider per tijdseenheid. Formule arbeidsproductiviteit = de productie in
een bepaalde periode/ het aantal arbeiders in diezelfde periode. Je kunt op die manier de arbeidsproductiviteit per uur, per dag, per week etc. meten. Als een bedrijf kapitaalintensiever wordt neemt de arbeidsproductiviteit toe (denk aan de fabrieken van Henry Ford).

Comparatieve kostenverschillen?

We spreken van comparatieve kostenverschillen als er twee bedrijven of twee landen zijn en het ene bedrijf of het ene land het ene product tegen lagere opofferingskosten kan maken en
het andere bedrijf of het andere land het andere product.

In de onderstaande grafiek wordt dat verduidelijkt. De rode lijn geeft de productiemogelijkheden van Portugal aan. De opofferingskosten van 1 wijn is 1 wol. Dit betekent dat voor iedere eenheid wijn die Portugal produceert een eenheid wol moet worden opgegeven. In Engeland zijn de opofferingskosten voor wijn echter veel hoger voor 1 wijn

moet 2,5 wol worden opgegeven. Wijn is in Portugal dus goedkoper en daarom zal Portugal wijn produceren en Engeland wol.

Transactiekosten?

De kosten die gepaard gaan met het vinden van iemand waarmee je kunt ruilen, het afsluiten van een overeenkomst en het naleven van de overeenkomst. In het economisch verkeer
ontstaan instituties die deze transactiekosten verminderen. Denk hier bijvoorbeeld aan de consumentenbond, marktplaats, PayPal, Mollie etc.

Directe ruil?

Ruilen van goederen zonder dat daar geld aan te pas komt. Zeer inefficiënte manier van ruilen. Kost heel veel moeite en tijd (= transactiekosten) om een ruilpartner te vinden. Daarom
is het instituut geld ontstaan.

Indirecte ruil?

Ruilen met als tussenstap het gebruik van geld. Het ontstaan van geld heeft de ruil veel en veel makkelijker gemaakt. Geld ontwikkelt zich nog steeds door. Denk aan digitale vormen
van betalen.

Rechtspersoon?

Een organisatie die juridisch rechten en plichten heeft. Een dergelijke organisatie wordt voor het recht op dezelfde manier behandeld als een persoon. Voorbeelden zijn de NV en de BV.
Als een NV failliet gaat, gaan niet de eigenaren, maar gaat de NV zelf failliet. Schuldeisers

moeten dus niet bij de eigenaren aankloppen, maar bij de NV.

berekening CPI

CPI = som van (wegingsfactor per artieklgroep x indexcijfer per artikelgroep) / som van de wegingsfactoren

welke verandering vindt plaats op de budgetlijn als het budget verandert?

Bij een verandering van het budget verschuift de budgetlijn evenwijdig.

welke verandering vindt plaats op de budgetlijn als de prijs van een product verandert?

Bij een verandering van een prijs verandert de helling van de budgetlijn.

Quiz
Geography GCSE paper1
F1 namn
3rd Grade Biome
Muscles Attachments
JROTC
Leadership Test
Freddy Fazbear
Private Mortgage Exam
PSYCH 333: Toddlerhood/Early childhoodExam November 9
Science-Metals,Acids and AlkalisRevison for test.
economics
nederlands poezie
maf
ma se2
LATN 110 vocab
Metabollic Test Part 2
SES
sports
mr kuilenburg
mrs kalverda
Lecture 1: Vector structure and DB theory
mr dieleman
mr tol
mr dieleman
mrs johannes
Gwen de winter
tristan
ALEXANDER TONK
quinten
Juliette Tonk
gwen
Engelsto be, description, classroom objects, every day activities, place to go in town, prepositons of place, present continuous , rooms in the house, adverbs of frequency
engels
Amalgam - c
Amalgam
A
socials
amendments for part 2
Major and minor chords also # major and # minor
Driving Test Questions
grade 9 vollyball test
science-heating and cooling
computer test
History unit 3
Bio 111 Lecture 14
definition of a cell
testtoets
biologybiology cells living things microbes imunne system etc
mains electricity
ecoyuhh
phl245 rules
Chase ch 17 vocab
Crim Midterm
Physics equation
AK rep 2
chapter 3 vocab quizThe Great Gatsby
Mock USA test
bezittelijke vnw
German Esttenten (basis)
German -D en-T
German Ettenten
German haben
German sein
WW1 and Versailles
vouge 1995
key concepts in biology
Byggnadsmaterial_1
Give examples of political, economic, and social globalization? (such as source
La seconde guerre mondiale
Law
Van Mens tot Cel
constitution test part 2
black mirror
shapes of molecules - chem
Latin OCR GCSE VocabHelping GCSE Latin students
Begrippen syllabus || Oudheid
conference interviewjhvmghj
juliette
frans
mthv
Earth phase final 2
Biology 20 Biochemistry
SLYG test #2Going over the topics of Reigion, Gender and Families
Traffic Bowl
bible
Advanced English II Unit 4 Vocabulary Test Preperation
chapter 1 test grade 10 - copy 1
History Exam 2
chapter 1 test grade 10
Islam terms
words science
scince study
Science
L'encéphale Chapitre 4encéphale
RS (term 1a)
Popular computer games
Chapter 6 vocabThe great gatsby
Privity
Chapter 5 vocab
ITCLR
Frans
Anthropology Test
Consideration (LAW)
it-grabs GDA
Anatomy Test 2
accounting
new regional political parties of the 1930s
history 2 definitions to know
infectiepreventie
Frans P1aramsamsam
Economie H6 begrippen
Arresten bpre
fiqh
social studies termssocail studies terms
ekonomilära mig alla begrepp
Thermodynamique
biologyRemember key words
Reagents and Shapes
baroque
physics quiz 1
Cell FunctionsCell Functons 10 cohort IB
Socialpsykologi
Responses audience feels in each key scene by lang used
Romeo&Juliet - how each key event in each act engages the audience
♡ verbe commun
Block 1 Introduction to Ecology lesson LIFE
Real Estate Formulas
enzymes
1st Year Sociology - Families and Households
IMS jaar 1flashcards
Cell recognition and the immune system (Chapter 5)
REVIEW GA EXAM
Russian RevolutionRussian revolution cards
chapter 5 bio
elizabethan revision: key individuals
Tenta nöt
geography Rocks and Minerals
Biologi
Spanish Past Participles
språkhistoria
Introduction to Psychological TheoriesFlashcards for Introduction to Psychological Theories
Introduction to management Chapter 3
Introduction to management chapter 2
burgelijk procesrecht
auto
Verplichte jaartallen HC2 duitsland
Introduction to management chapter 1
History
Finance riskseh
Health and social care
Biomolekylär strukturanalysBiomolekylär strukturanalys
Maths
IT level 3 UNIT 1
50 vragen
Real Estate Section5
Real Estate Section 4
Real Estate Section 3
Emma
testhihb
Real Estate Section 2
Real Estate Section 1
constitution test part 1
beat 18
beat 16 + 17
beat 13
AP Biology Test - Organic Molecules (Chapter 5)
Bio
beat 12
beat 11
beat 9 + 10
test bio 2
beat 5
DNA
beat 4
Histoire de l'architecturecours 5 à 8 - examen 2
beat 3
beat 2first scene
Psychologie exam semaine 8Questions sur la mémoire, stress, l'intelligence et les états de conscience :)
spanish
Physical and Cultural Anthropology
elements of a story
Earth Phase Final
Elements of art revisionArt elements revision for yearly exam 2023
speech
Morse Code- LettersLearning the individual letters of morse code
level of organisation
Bio 111 Lecture 13
atoms
Romeo&Juliet - Themes of the play
Romeo&Juliet - Language devices
해리퍼터해리퍼터와 마법사의 돌
Romeo&Juliet - setting
Romeo&Juliet - scene overviews of act 4
Romeo&Juliet - scene overviews of act 3
Romeo&Juliet - scene overviews of act 2
Romeo&Juliet - scene overviews of act 1
FREN 2F03 Quiz 1 Flashcards
Mid module 3
FREN 2F00 Questions
Sports
ImperialismImperialism cards
microbiology week 6
musculo
resistant materials y11 mocks
ww1,m/km/lm
P6 stadgars mening
OPTA 204(Visual Perception, Agnosia, Apraxia, Acalculia)
OPTA 215 ( Motor Speech Disorders: Dysarthria and Apraxia of Speech)
gs
UE6: droit partie 2
Jonctions communicantes
Duits Flashcards
germes
Jonctions d'ancrage
Jonctions serrées
Vocabulary
Généralités cellules
Basic Music 1Music theory
French speakingFocusing on the question and answer
P6 stadgar
Marketing Research
Chapter 35 Questions
verbe irrégulier
Chapter 35 Vocab
Révolution Française
Beco
Style on Q
Regulations and Manuals
The Aviation Workplace
history migration through time
cell organellesabout cells
HDD: Social action
HHD: Types of aid
HHD: Who work areas
HHD: SDG'S
substance-related disorders
Chapter 16 Questions
Theory of flight
Bio 105 Lecture 7
Digestive System
Introduction to AviationIntroduction to specific aviation terms and identify the main features of an aircraft.
Chapter 16 Vocab
dissociative disorders
Physiology of FlightEffects that Altitude, Pressure Changes and Lack of Oxygen have on the body. We will also look at what happens during aircraft decompressions.
Hus InteriörHus, inredning och interiör.
historyQuestions en géneral sur la révolte scientifique et celle des Lumières (17e-18e siècles)
Thermo Chem
Organic Chem
HHD: Sustainablity
KonstMålningar, teckningar, färger.
science
science
HHD: Global trends
Unit 9: Key Terms
Africanna Studies: Medieval Ghana , Mali 🇲🇱, and Songhai Empires III
It-grabbarna CCNA1
kemiska och fysikaliska mätemetoder
History WW1 Revision
AP Lang: Vocab Quiz
german flashcards theme 2
history 2 some people to know
Epithelial Cells
Première semaine - Embryo
Chapter 4 VocabThe great gastby vocab def
Chapter 6 VocabGreat Gatsby Vocab def
Animals
German wordsToets 1
specialised cell
disorders of childhood
body image & eating disorders
Protéines associées aux microfilaments d'actine
clubpremière experience club libertin
Project management mid term
HHD: how are countries classified
bysbysbysbysybs
development therory and applications thas 104
Chapter 10 Vocab
Chapter 10 Questions
schizophrenia
HHD: Aus dietary guildlines and health eating pyramid
HHD: funding, sustainabilty, access, equity of medicare, PBS, NDIS, PHI
Interview questions
BIOLOGIE-CHAPITRE 4
Chemistry 2.4
personality disorders
Chemistry 2.3
math
Chemistry 2.2
Ord.
pharmaceutical microbiology week 5
Chapter 6
AK 2.6 Samenhang: ontwikkeling en migratie
AK 2.5 Samenhang: ontwikkeling en demografie
Chapter 5
Filosofie begrippen module 1