Utilisateur
Redenen om te willen werken.
Personen of bedrijven doen werk waarin zij gespecialiseerd zijn.
Collectieve arbeidsovereenkomst. Afspraken per bedrijfstak over de arbeidsvoorwaarden.
Onderneming met één eigenaar.
Indeling van productie en arbeid in primaire, secundaire, tertiaire en quartaire sector.
Iemand die met een eigen bedrijf zijn inkomen verdient.
Zelfstandige zonder personeel.
Wet die het werkgevers verbiedt om onderscheid te maken op basis van leeftijd, gender, afkomst, religie en seksuele geaardheid.
Arbeidsdeelname. Het percentage van de bevolking dat werkt of wil werken.
Wet met regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden.
Je hebt alleen werk wanneer een bedrijf je nodig heeft.
Het loon dat je vanaf 21 jaar minstens moet verdienen in een voltijdbaan.
Een uitkering voor mensen die in loondienst werken of hebben gewerkt. Bijvoorbeeld de WW en de WIA.
Betaald werk waarover je geen belasting of sociale premies betaalt.
Het geheel van vraag naar arbeid en aanbod van arbeid.
Iedereen van vijftien jaar tot de pensioenleeftijd die werkt of werkloos is.
Wanneer je als werkloze bent ingeschreven bij het UWV.
De vraag naar arbeid is groter dan het aanbod.
Het aanbod van arbeid is groter dan de vraag.
Als er geen werk voor je is en je niet bent ingeschreven bij het UWV.
Alle arbeidsplaatsen bij bedrijven en de overheid.
Werkloosheid die het gevolg is van minder vraag naar goederen en diensten door afnemende bestedingen.
Kortdurende werkloosheid omdat er tijd nodig is om een nieuwe baan te vinden.
Beperking van de loonstijging.
Werkloosheid die in bepaalde gebieden hoger is dan gemiddeld in het land.
Werkloosheid doordat werk alleen in een deel van het jaar gedaan kan worden.
Werkloosheid als gevolg van problemen aan de aanbodkant van de economie.