Ovido
Language
  • English
  • Spanish
  • French
  • Portuguese
  • German
  • Italian
  • Dutch
  • Swedish
Text
  • Uppercase

User

  • Log in
  • Create account
  • Upgrade to Premium
Ovido
  • Home
  • Log in
  • Create account

bio se3

aantasting

het natuurlijke ecosysteem verdwijnt en maakt plaats voor bijv steden en landbouwgrond

biodiversiteit

variatie in de natuur door dier en planten soorten

duurzame ontwikkeling

manier van leven waardoor de aarde ook in de toekomst leefbaar is

fijnstof

kleine stofdeeltjes afkomstig van natuurlijke bronnen of van verkeer

klimaatverandering

langdurige verandering van het weer

ontbossing

het verdwijnen van bossen door het kappen of platbranden

overbevolking

te groot aantal mensen als gevolg van bevolkingsgroei, waardoor problemen ontstaan

smog

door rook en uitlaatgassen vervuilde lucht

uitputting

te veel stoffen onttrekken aan het milieu

vervuiling

stoffen toevoegen aan het milieu

bemesting

mineralen toevoegen aan een akker

bestrijdingsmiddelen

stoffen die worden gebruikt om organismen te bestrijden die voedingsgewassen aantasten

bodembewerking

verbeteren van de bodemstructuur door ploegen en eggen

in-vitro fertilisatie (ivf)

techniek waarbij de eicel buiten het lichaam door spermacellen wordt bevrucht

kunstmatige inseminatie (ki)

techniek waarbij sperma van een stier wordt ingebracht in de baarmoeder van een koe

plaag

grote hoeveelheid organismen die een voedingsgewas aantasten

monocultuur

grote akkers met een soort gewas

veredeling

individuen met de meest gunstige eigenschappen worden gekruist

voedingsgewassen

planten die in de akkerbouw en tuinbouw worden geteeld

bioaccumilatie

ophoping van bestijdingsmiddelen in de voedselketen doordat ze niet of langzaam worden afgebroken

biologische landbouw

vorm van landbouw waarbij er extra aandacht is voor het milieu en dierenwelzijn

kringlooplandbouw

vorm van landbouw waarbij alle grondstoffen en eindproducten in de kringloop optimaal worden benut

niet-selectieve bestrijdingsmiddelen

bestrijdingsmiddelen die veel soorten organismen bestrijden, ook nuttige organismen

alleseters

dieren die planten en dieren eten: vormen die tweede of hogere schakel van de voedselketen

consumenten

alleseters, planteneters en vleeseters: leven van de energierijke stoffen die planten maken

energiearme stoffen

stoffen die weinig energie bevatten, bijv koolstofdioxide, mineralen, water en zuurstof

energierijke stoffen

stoffen die veel energie bevatten, bijv glucise en andere koolhydraten, eiwitten en vetten

fotosynthese

bladgroenkorrels zetten co2 en water om in glucose en zuurstof van energie uit zonlicht

kringloop

zich herhalend proces waarin stoffen steeds opnieuw worden gebruikt

mineraal (voedingszout)

energiearme stof in de boden die planten kunnen opnemen met hun wortels

planteneters

dieren die planten eten: vormen de tweede schakel van de voedselketen

producenten

zijn altijd planten

reducenten

bacteriën en schimmels: breken energierijke stoffen uit dode organismen af tot energiearme stoffen

stofwisseling

alle omzettingen van de ene stof in de andere stof in een organismen

vleeseters

dieren die dieren eten: vormen de derde of hogere schakel van de voedselketen

voedselketen

reeks soorten, waarbij elke soort wordt opgegeten door de volgende soort in de reeks

voedselweb

alle voedselrelaties in het ecosysteem

biomassa

de hoeveelheid organische stoffen in een organisme

piramide van aantallen

schema dat laat zien hoeveel individuen in elke schakel van een voedselketen voorkomen

piramide van biomassa

schema dat laat zien wat het gewicht is van alle organische stoffen in elke schakel van een voedselketen

koolstofkringloop

de verschillende stoffen waarin koolstof kan voorkomen en van het ene naar het andere gaat

stikstofkringloop

de verschillende stoffen waarin stikstof kan voorkomen en van het ene naar het andere gaat

abiotische factoren

invloeden uit de levenloze natuur bijv temperatuur, neerslag en wind

biotische factoren

invloeden uit levende natuur bijv voedsel, roofdieren

biologisch evenwicht

toestand waarin de grootte van elke populatie in een ecosysteem schommelt om een bepaalde waarde

ecosysteem

gebied met alle abiotische factoren en populatiesdie er leven

individu

enkel organisme

levensgemeenschap

alle populaties in een bepaald leefgebied

populatie

groep individuen van dezelfde soort in een bepaald gebied

gestroomlijnd

lichaamsvorm met weinig uitsteksels om de weestand zo klein mogelijk te maken

kegelsnavel

korte snavel om zaden te kraken

pincetsnavel

rechte, spitse snavel om insecten te vangen

priemsnavel

lange, dunne snaverl om voedsel te vangen in ondiep water of in een zanderige bodem

schutkleur

kleur die overeenkomt met de omgeving, waardoor een dier niet/minder opvalt

teengangers

organismen die op hun tenen lopen

zeefsnavel

brede snavel om voedsel uit het water te zeven

zoolgangers

organismen die op de hele voetzool lopen waardoor het steunoppervlak groot is

adequate prikkel

prikkel waarvoor een zintuigcel speciaal gevoelig is

drempelwaarde

de zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt

gewenning

wanneer een zintuigcel langere tijd dezelfde prikkels ontvangt, worden er minder impulsen afgegeven

motivatie

met aandacht waarnemen

drukzintuig

ligt in de huid: zintuigcellen reageren op druk op de huid

evenwichtszintuig

evenwichtsorgaan ligt in het oor: reageert op zwaartekracht

gehoorzintuig

ligt in de oren: zintuigcellen reageren op geluid

gezichtszintuig

ligt in de ogen: zintuigcellen reageren op licht

koudezintuig

zintuigcellen liggen in de huid: reageren op temperaturen lager dan 37°

pijnpunt

vrij uiteide van een gevoelszenuw

reukzintuig

zintuigcellen in de neus: reageren op geur

smaakzintuig

smaakknopjes op de tong: reageren op zoet, zout, zuur, bitter en unami

tastzintuig

tastknopjes liggen in de huid: reageren op lichte aanraking van de huid

warmtezintuig

zintuigcellen liggen in de huid: reageren op temperaturen hoger dan de 35°

blinde vlek

hier verlaat de oogzenuw het oog

gele vlek

met dit deel van het netvlies zie je het scherpst

glasachtig lichaam

helpt het netvlies op zijn plaats te houden

harde oogvlies

buitenste, beschermde laag van het oog

hoornvlies

doorzichtig deel van het harde oogvlies

iris

gekleurde deel van het oog

lens

buigt, samen met het hoornvlies, de lichtstralen af

netvlies

hierin liggen de zintuigcellen

oogspieren

hiermee beweeg je de ogen

oogzenuw

geleidt impulsen van de zintuigcellen in het netvlies naar de hersenen

pupil

opening in de iris

traanbuis

voert traanvocht af naar de neusholte

traanklier

maajkt traanvocht

vaatvlies

bevat veel bloedvaten voor de aanvoer van voedingsstoffen en zuurstof

wenkbrauwen

beschermen het oog tegen zweetdruppels, en ander vocht

wimpers

beschermen het oog tegen vuil en fel licht

accomoderen

het aanpassen de sterkte van de ooglens

kringspieren

lopen rondom de pupil: deze spieren maken de pupil kleiner

lengtespieren

lopen van de pupil naar de buitenrand van de iris: deze spieren maken de pupil groter

pupilreflex

het automatisch samentrekken van spieren in de iris bij fel licht

kegeltjes

zintuigcellen voor de waarnemen van kleur: geven uitsluitend impulsen af als er veel licht is

staafjes

zintuigcellen voor de waarneming van zwart-wit: geven ook impulsen af als er weinig licht is

aambeeld

geeft geluidstrillingen door van de hamer naar de stijgbeugel

buis van eustachius

verbindt de keelholte met de ruimte achter het trommelvlies

evenwichtsorgaan

geeft informatie door over de stand van je hoofd

gehoorbeentjes

geven geluidstrillingen door naar het venster

gehoorgang

verbindingen tussen de oorschelp en het trommelvlies

gehoorzenuw

geleidt impulsen naar de hersenen

hamer

ontvangt de geluidstrillingen van het trommelvlies

Quiz
Spanska 4
un mundo de fiestas
chem exam
Automotive
how to improve french vocabulary
types of houses in french
very hard french words
Koine Greek Ch. 18 & 19
french words you will see in french books
various french house terms
parts of the bathroom in french
parts of the bedroom in french
french
The Lung Channel of Hand Taiyin
Anatomy and Physiology
tyska kap 3b
nl
physics flashcards
TYSKA FERIEN MAL ANDERS
romeo and juliet
Nederlands poëzie begrippen
PKG stoornissen jaar 1
PKG jaar 1
nederlands (lezen) hoofdstuk 1,2 en 3 theorie
anglais
Historia Källkritik
An inspector calls
Geology
Ireland, the green island
levers
Organisatiekunde Hoofdstuk 7
text sobre a Barbie
palavras mais usadas
FL1 Kommunikationssystem
Grieks 4.1
Busnissmodel
Politiek en economische handel
BMC
English Exam
Staatsrecht 1
The brain & Limbic system
limbic system
art definitions and paintings
french -
french
histoire
e
poets
duits 47 tot 52 4
French speaking mock